Aantekeningen |
- Bij het huwelijk van William Bouberg Wilson met Catharina Hesselina Lambotte Morin, is er wegens zijn geboorte in Indonesië en gebrek aan "bewijs" omtrent zijn herkomst op 28 mei 1843 een zogenoemde Acte van Bekendheid opgemaakt. In deze akte hebben enkele te goeder naam en faam bekend staande burgers getuigd: "dat zij de heer William Bouberg Wilson, zonder beroep, wonende binnen den stad op de Prinsengracht bij den Amstel N899 van zeer nabij kennen als hebbende met hem langdurig verkeerd en genoegzaam omgang gehad vanwaar zij weten dat hij gesproten is uit het huwelijk van nu wijlen den Heer William Fieulleteau Wilson alsmede wijle vrouwe Olymphia Maria Bouberg, dat dezelve William Bouberg Wilson te Sourabaya op den achtienden October des jaars 1800 vijftig is geboren doch waarvan geene legalen aantekening is gehouden zoodat hij niet in de mogelijkheid is om Zijne geboorte acte te vertoonen welke hij behoorde te produceren, indien er geene wettige verhindering bestond, bij gelegenheid van zijn aantegaan huwelijk met Mejufvrouw Catharina Hesselina Morin wonende (...?) binnen deze stad op de Lijnbaansgracht N101. Dat het hun comparanten ook evenzeer welbekend is dat des requirants vader de heer William Fieulleteau Wilson in den jare 1800 zevenentwintig te Bengalen is overleden Zonder dat hij, requirant van dat overlijden een voldoende doodciduul bezit en ook niet weet deszelve te bekomen. Hiervan voorlezing gedaan zijnde hebben zij getuigen voor redenen van wetenschap gevende als in den tekst, verklaard alhetzelve de waarheid te zijn en daarbij te persisteren nu en ten alle tijden. Tenblijke waarvan wij ingevolge art. 127 en 128 van het Burgelijk Wetboek hebben opgemaakt dan acte van Bekendheid die door de getuigen nevens ons en den waarnemenden griffier is getekend in Amsterdam ten dage maand en jaar als boven. Wasgeteekend C.J. Roobol, C.M. Engerd, W.H. Baarslag, J.A. Burded, J.H. van der Meer de Wijs, J. Wiertz waarnemend griffier.
- Geregistreerd te Amsterdam den achtentwintigsten Maart 1800 drieenveertig Deel zeventien, folio vijenzeventig recto, vak vier houdende een blad zonder renvooi. Ontvangen met de verhooging een gulden tien en een halve cent. De ontvanger geteekend Sheggelhorst. Voor cupeditie conferm. J. Wiertz waarn. griffier."
|